Handhaving

Onze huisstijl vormt het belangrijkste instrument bij het herkennen van onze communicatie door doelgroepen. Vandaar dat het van belang is dat hij, op de goede manier, wordt toegepast. Dat geldt zowel voor interne als externe communicatie. Hierdoor is er een grotere kans dat bij uitingen van de brandweer deze uitingen inderdaad worden verbonden met de brandweer en niet met een andere afzender.

Echter steeds meer heeft het Nederlands Instituut Publieke Veiligheid (NIPV) te maken met het overtreden van de regels met betrekking tot de brandweerhuisstijl. Het opsporen van onwillige particuliere eigenaren en het inschakelen van de landsadvocaat kost veel tijd en geld. Maar ook de brandweerkorpsen maken zich schuldig aan het negeren van de regels van de brandweerhuisstijl. En geven daarbij het verkeerde voorbeeld.

  • Depothouder

    De huisstijl en in het bijzonder het beeldmerk, uniform en striping van de brandweer is gedeponeerd in de EU. Dat wil zeggen dat slechts met toestemming van de depothouder het beeldmerk, uniform en striping mag worden gebruikt op de voorgeschreven manier. De depothouder is van de Staat naar het NIPV overgegaan.

    Deze heeft Brandweer Nederland toestemming gegeven het beeldmerk, uniform en striping toe te passen binnen het ‘brandweerveld’.

  • Handhaving, advisering en juiste gebruik

    Het NIPV zorgt voor de handhaving, advisering en het juiste gebruik van de brandweerhuisstijl. De communicatiemedewerkers van de brandweer/Veiligheidsregio zorgen voor de handhaving binnen de eigen regio.

  • Geautoriseerde gebruikers

    Alleen geautoriseerde gebruikers mogen gebruik maken van de huisstijlen. Derden mogen zonder toestemming daarvan geen gebruikmaken. Doen zij dit toch, dan is er sprake van een inbreuk op een merk- en/of auteursrecht van het NIPV. Het verkopen van voertuigen of objecten met (onderdelen van) de huisstijl is strafbaar.

Alleen geautoriseerde gebruikers mogen gebruik maken van de huisstijlen. Derden mogen zonder toestemming daarvan geen gebruikmaken.

Oneigenlijk gebruik

Regelmatig wordt oneigenlijk gebruik door derden vastgesteld. Het gaat daarbij onder andere om:

  • Voertuigen die door derden naar eigen inzicht van striping worden voorzien
  • Voertuigen die door OOV-diensten compleet met striping zijn afgevoerd naar derden
  • Voertuigen die zijn ingeruild en daarna via de handel compleet met striping aan derden zijn verkocht
  • Websites/webshops die (onderdelen van) een huisstijl gebruiken
  • Producten die met (onderdelen van) een huisstijl te koop worden aangeboden
  • Advertenties waarin (onderdelen van) een huisstijl worden gebruikt
  • Avatars
  • (Reclame)films waarin (onderdelen van) een huisstijl worden getoond of gebruikt
  • Theater producties waarin (onderdelen van) een huisstijl worden getoond of gebruikt

Inbreuk

Bij oneigenlijk en/of verkeerd gebruik van de huisstijl(en) treedt het NIPV handhavend op. Het NIPV voert een passief handhavingsbeleid. Dat wil zeggen dat er wordt gereageerd op meldingen vanuit de OOV-diensten en op formele meldingen van particulieren aan de rijksoverheid. Aan de hand van de verkregen informatie wordt beoordeeld of er sprake is van een inbreuk op het auteursrecht van het NIPV dan wel van strijdigheid met de regelgeving. Vervolgens wordt bezien of, en zo ja hoe, opgetreden zal worden.

Civielrechtelijk optreden

De OOV-diensten kunnen niet zelf civielrechtelijk optreden jegens inbreuken op het auteursrecht. Dit gebeurt door de advocaat namens het NIPV. Sinds de invoering van de huisstijlen is een veelvoud van inbreuken op de huisstijlen geconstateerd en met succes bestreden.

Contact handhaving

Voor onderwerpen betreffende handhaving en voorkoming van oneigenlijk gebruik kunt u contact opnemen via handhaving@nipv.nl

Stel een vraag
Sluit stel een vraag box