Voor de brandweer is het bij een uitruk belangrijk om te weten of er brandweerkranen in de buurt liggen zodat ze hun slang er eventueel aan kunnen leggen. De waterkaart (een van de omgevingskaarten) geeft dat beeld. Sjoerd: “Door op het tablet deze kaart te kiezen zie je waar je in de buurt zo’n kraan kunt vinden. Om die gegevens in een kaart te zetten moeten wij in gesprek met de negen drinkwaterbedrijven die we hebben in Nederland. Zij beheren deze kranen en leveren ons de informatie aan die we hiervoor nodig hebben.”
Het team van Sjoerd is het landelijke aanspreekpunt voor data die voor de omgevingskaarten gebruikt worden. “Iedere Veiligheidsregio heeft kaartspecialisten”, zegt Sjoerd. “Zij hebben allemaal een inlog om in te loggen op ons GEO4OOV-systeem. Zo hebben ze alle 300 omgevingskaarten tot hun beschikking. Die kun je daar downloaden. Het gaat dan om bijvoorbeeld objectenkaarten en dijkkaarten. Met een objectkaart kun je zien dat er bijvoorbeeld een verzorgingstehuis in een pand is. Dan weet je bij een incident, dit kan lastig worden bij het ontruimen, omdat we waarschijnlijk te maken hebben met mensen die zichzelf niet snel kunnen verplaatsen.”
De kaarten die het team maakt halen ze overal vandaan. Zo hebben ze gegevens uit het Landelijk Register Kinderopvang (LRK) om te weten waar kinderdagverblijven zitten, de Basisregistratie Adressen en Gebouwen (BAG) waarin alle woonadressen staan, data van de Kamer van Koophandel (KVK) met adressen van bedrijven en data uit de Waardering Onroerende Zaken (WOZ) met daarin het type panden die er zijn. Sjoerd: “Dit soort gegevens kunnen we allemaal in kaarten zetten en met elkaar combineren zodat je bij een incident in één oogopslag op de kaart een beeld van de omgeving hebt. En dat helpt weer bij risico’s in kaart brengen tijdens het incident. Het combineren van kaarten is ook iets waar we goed in zijn en waar veel behoefte aan is. We bouwen ze zelf uit met allerlei informatie die we tot onze beschikking hebben.”
Als chauffeur vind ik het bijvoorbeeld heel fijn om de kaart te gebruiken waar alle wegwerkzaamheden op te vinden zijn. Ook die kaart is beschikbaar en belangrijk bij een uitruk.”
Mark Twist, brandweervrijwilliger in Leusden
Om te weten waar behoefte aan is in het werkveld werkt Sjoerd nauw samen met de vakgroep GEO. Deze komt 1x in de 6 weken bij elkaar en bestaat uit GEO mensen uit de verschillende veiligheidsregio’s. “In de Vakgroep gaat het over van alles, maar dus ook wat de behoeften zijn voor kaartlagen. En we hebben ook een werkgroep die verzoeken voor nieuwe kaarten in behandeling neemt. Als er een verzoek komt dan zet de werkgroep de vraag door en ga ik aan de slag. Ik kijk dan of de kaart er al is of dat ik kaarten moet combineren om te leveren wat er is gevraagd. En soms moet ik kaarten aanvullen met bepaalde informatie. Ik zorg dat de kaart er komt en dat die beschikbaar is voor iedereen. We verzamelen dus landelijke data en stellen die beschikbaar via één kanaal.”
Er zijn ongeveer 300 kaartlagen. Hoe maak je die dan vindbaar? Sjoerd: “Dat is nog wel een punt van aandacht. Tijdens een crisis of incident kun je niet door 300 kaartlagen browsen om de relevante eruit te halen. Dus vindbaarheid vergroten is belangrijk bij ons werk. Daar werken we hard aan.”
Mark Twist is al 18 jaar brandweervrijwilliger in Leusden en gebruikt de kaarten in de praktijk, als chauffeur, bevelvoerder én manschap. Voor zijn functie als coördinator Veiligheidsinformatiecentrum (VIK) zit hij ook aan de andere kant. “Ik werk op de afdeling Crisisbeheersing. Vanuit mijn vorige functie als Coördinator planvorming ben ik in contact gekomen met GEO4OOV. In mijn huidige functie hoop ik de volgende stap te maken met GEO-informatie. Zo maak ik voor objecten waar we incidenten kunnen verwachten risico’s inzichtelijk.”
Het team van Sjoerd en Mark werken samen om data te koppelen aan beeld. Zo zegt Mark: “Binnen het VIK zijn we het aan het ontdekken hoe we het beeld van omgevingskaarten meer kunnen koppelen aan onze data. Want de omgevingskaarten zijn gebaseerd op plaatjes, maar onze data bestaan uit cijfers. Door dat te koppelen krijg je een veel beter beeld bij de cijfers. Ik kan bijvoorbeeld met cijfers laten zien hoeveel bijeenkomsten er op een bepaald moment plaatsvinden in een stad. Maar door dat ook op het plaatje van de stad te laten zien kun je er al veel meer mee”, aldus Mark.
De heren werken op de achtergrond dus hard om allerlei data aan elkaar te koppelen, zodat de mensen aan de voorkant de volledige aandacht kunnen hebben voor het incident.
Zie ook: www.geo4oov.nl